Toen goederen nog niet massaal met vrachtwagens werden vervoerd, waren binnenschepen een onmisbare schakel in de transportketen. Ook op de Mechelse wateren waren ze een vertrouwd beeld. Aan de loskade van de Haverwerf werden tot na de Tweede Wereldoorlog dagelijks verse mosselen aangevoerd met kleine platbodems uit Zeeland. Steenschuiten, voor het vervoer van allerlei goederen in bulk, werden in de nabije regio van Klein-Brabant gebouwd. ‘Brabanders’ waren een wijdverbreid scheepstype. Overzetboten zorgden dan weer voor een veilig overtocht daar waar (nog) geen brug voorhanden was.
Arthur Brutyn, gids bij het Scheepvaartmuseum Baasrode en zelf 10 jaar scheepsbouwer, brengt een stukje maritieme geschiedenis tot leven. Zijn zelfgebouwde maquette van een Brabantse boot maakt de details heel aanschouwelijk. Hij geeft ook een inkijk in het leven aan boord van de schippers en hun familie.
Over de spreker
Arthur Brutyn was als kind al gefascineerd door boten en schepen. Zijn interesse gaat vooral uit naar binnenvaart en scheepsbouw en hij verdiepte zich in de overgang van houten naar metalen schepen. De Brabantse scheepstypes zoals schuiten, pleiten, otters en bijboten hebben voor hem weinig geheimen.
Op de Schelde ging hij vaak in gesprek met schippers over hun schepen, scheepswerven en de liefhebberij voor het vak. Hij bouwde ook eigen boten volgens de klassieke bouwwijze. Uiteindelijk kon Arthur van zijn hobby zijn beroep maken; hij was tien jaar werkzaam als instructeur bij het opleidingscentrum vzw De Steenschuit te Boom. Daar werkte hij mee aan de tweemastschoener De Rupel en de Gentse Barge.
Sinds zijn pensioen is hij in het Scheepvaartmuseum van Baasrode vooral actief als gids en vrijwilliger aan het botterproject Rosalie.
Praktisch
- Donderdag 14 november 2024 om 20u
- Het Predikheren - Zaal Mandela
- Tickets: Standaard € 7,00 | UiTpas met kansentarief € 1,40 | Reeksabonnement: € 22,40
Koop je een reeksabonnement voor alle 4 de lezingen? Dan krijg je 20% korting.
